Tuinplannen maken, hoe doe je dat?

Per 1 januari 2016 is het zo ver, dan mogen we aan de slag in onze nieuwe moestuin.

Maar wat gaan we er mee doen? Wat wil ik oogsten?

De tuin is 220 m2 dus we hebben alle ruimte. Maar dat zorgt ook voor luxe problemen. Want ik hoef geen 200 kropjes sla die allemaal tegelijkertijd groot zijn. En aan 100 kilo aardappels hebben we ook iets teveel.

Dus lees ik mij vooral in over hoe ik een basis plantplan kan maken en ga ik op zoek naar informatie over fruitstruiken, appelbomen en hazelnoten. Dat geeft de moestuin structuur en met de ruimte die we hebben kunnen we ook de tijd nemen om bomen en struiken te laten groeien.

Maar eerst gaan we de afrastering repareren en een basis voetpad maken. Een tekening met de afmetingen van de grond op ruitjespapier helpt om de grond en de plannen ermee een beetje in perspectief te krijgen.

Moestuinjan2015

Daarna gaan we de grond schoon maken en zorgen dat we een deel van de grond klaar maken voor het voorjaar.

In de tussentijd bedenk ik welke groenten ik wil zaaien op welke plek. Het is nog een heel gepuzzel want ik wil rekening houden met de zon, de combinatie met de andere groenten er omheen, etc. Ik schrijf alles op in een tuinschriftje zodat ik die grote hoeveelheid informatie niet direct hoef te onthouden.

Na al het plannen maken is het tijd voor wat ontspanning; een bezoekje aan het Rijksmuseum te Amsterdam. En daar valt mijn oog natuurlijk op de stillevens van bloemen, fruit en groenten. Wat een diversiteit. En wat prachtig geschilderd.

Met deze beelden op mijn netvlies wacht ik nog een weekje, dan is het zo ver: de start van de moestuin. Ik ben benieuwd of de tuinplannen in de praktijk ook uitvoerbaar zijn.

wp_20151225_12_08_04_pro

Eindelijk een echte volkstuinder

Voordat ik naar Nobelhorst verhuisde stond ik ingeschreven voor een volkstuintje. Geïnspireerd door een oude vriendin, die altijd enthousiast vertelde over haar volkstuin, de groenten en fruit die eruit kwamen en alle kleine wondertjes die er plaats vonden, schreef ik mij na 2 jaar wikken en wegen in voor een lapje grond. Want ik besefte dat een grote moestuin wel wat anders is dan een bordertje langs je terras. Hard werken en veel leren.

Ik kwam op een wachtlijst, want in de tussentijd werd een volkstuintje superhip en wilde iedereen verse groenten uit eigen tuin. In april 2013 kochten we ons nieuwe huis en werden vlak om de hoek kleine moestuintjes van 8 m2 uitgegeven. Op de dag dat ik het kleine moestuintje huurde, kreeg ik ook bericht dat er plaats was op het volkstuinencomplex. Die tuin heb ik toen afgezegd, want dat was niet meer nodig, ik ging het eerst wel op die 8 meter proberen. Er was weinig animo voor de kleine tuintjes, dus huurde ik nog een tuintje en zo kon ik met mijn 16 m2 lekker aan de slag. Er was net genoeg ruimte voor wat afwisseling en de mogelijkheid om biologisch te tuinieren. Daar heb ik een jaar lang ontzettend veel plezier van gehad. De grond begon eindelijk goed te worden, de opbrengst werd langzaamaan beter. Ik heb er veel van geleerd.


mijn minimoestuintje

Maar zoals dat gaat: de wijk groeide en er ontstond er toch een wachtlijst voor de moestuintjes, zodat ik 1 tuintje inleverde om anderen ook de kans te geven om te tuinieren. Maar dat werkte niet, die 8 meter was ik allang ontgroeid. De grond raakte veel te snel uitgeput en wisselteelt was al helemaal niet mogelijk. Dus bedacht ik dat het toch ook mogelijk moest zijn om een echt volkstuinencomplexje op te richten in de buurt van Nobelhorst, wat een dorps karakter moet krijgen.

Wat is een dorp zonder volkstuinen? Er was ook animo van andere buren, dus samen met een buurvrouw bedachten we een idee voor de moestuinen.

Ik belde de gemeente met de vraag hoe ik dat moest aanpakken. Al snel volgde er een leuk gesprek met een mevrouw, die mij adviseerde om er ook andere partijen bij te betrekken en zo een goed stevig plan te maken. En zij zag zeker mogelijkheden en zou de juiste mensen inschakelen bij de gemeente om een mogelijke plek te bepalen.

En dat lukte: een bestaande volkstuinvereniging wilde het beheer en administratie wel op zich nemen en in een tweede gesprek bij de gemeente bleek dat er ook wel wat mogelijkheden waren als we maar geen definitieve plek eisten. Er lagen nog ergens bij de gemeente wat ongebruikte hekken en wellicht konden we een stukje wijkbudget aanboren voor een pomp op het nieuwe complexje. Op dat moment dacht ik echt dat het zou lukken. Het was een kwestie van tijd en van de puntjes op de i.

Het zouden 10 moestuinen van 100 meter worden voor 5 jaar. We zouden na 4 jaar horen of we er konden blijven of niet en dan zouden we eventueel moeten verhuizen. Dat is smalle basis om mee aan de slag te gaan, maar als de gemeente ons wil helpen om na die 5 jaar elders een nieuwe plek te krijgen, dan is het de moeite waard. Dat wilde men echter niet toezeggen zodat de vereniging zich terug trok. Vanuit de nieuwe bewoners was er wel animo, maar niet om veel energie en geld te steken in iets wat je na 5 jaar weer mag opruimen zonder enig vooruitzicht daarna. Opeens bleek ook de grond toch al een bestemming voor toekomstige woningbouw te hebben, wat eerder niet het geval was. Toen heb ik het plan stopgezet.

Maar dan ben je een jaar verder en een illusie armer. En heb ik nog steeds niet de gewenste moestuin.

Ik heb mij opnieuw weer ingeschreven op de bestaande volkstuincomplexen. Maar overal zijn wachtlijsten, terwijl je handen kriebelen. Als je in het najaar al kunt beginnen, heb je een voorsprong in het voorjaar. Ik merkte dat ik steeds ongeduldiger werd.

En opeens kwam daar het bericht: er komen een paar tuinen vrij, je kunt komen kijken of je het wat vindt…

Het voelt nog onwerkelijk, gaat het dan echt gebeuren? Maar ik ben er zeker van: ik krijg nu mijn volkstuin!

In de categorie “uit de moestuin’ hier op de Tuinkamer van Almere houd ik je op de hoogte over mijn pogingen 220 m2 grond om te zetten naar een fijne plek, die  groenten, fruit en wie weet wat meer oplevert.

In gedachten zie ik mijn oude vriendin, met haar zwarte voeten van de aarde en haar grote grijns en in haar handen een lading verse groenten. Zij is er niet meer, maar haar enthousiasme neem ik opnieuw mee in mijn nieuwe tuin.

moestuin-appeltern

Zomergevoel in de winter

Terwijl de regen tegen de ramen van de huiskamer klettert en het buiten niet licht wil worden, zit ik binnen met een heerlijk zomergevoel.

De boeken over moestuinieren heb ik uit de kast gehaald en het aantekeningenboekje raakt steeds voller met tips, ideetjes en wensen. Ik maak plattegrondjes van de tuin en probeer de tuin alvast in te delen: waar komen de paadjes, de struiken, de kruiden en de vaste planten? Welke bedden liggen in de zon, welke liggen meer in de schaduw?

Afgelopen week kwam de eerste grote bestelling zaden van Vreeken binnen, dus zit ik de kleine zakjes ‘zomergevoel’ te selecteren en loop ik de oude zaden van vorig jaar na om te zien wat er allemaal nog is.

Om het zaaien straks nog makkelijker te maken, bind ik de zakjes zaden van de planten die elkaar versterken bij elkaar. Dat scheelt als ik straks, in maart tot en met mei, de boel mag gaan zaaien.

Een deel van het zaaiwerk begint zelfs al in februari, in de vensterbank.

Maar dan wordt het productie draaien in de tuin, dus het denkwerk probeer ik nu alvast te doen.

Is dat nu echt nodig? Nee natuurlijk niet!

Maar het is wel lekker, een beetje zomergevoel in de winter kweken.

wp_20151129_15_20_39_pro